Toespraak Jaïr Stranders – 25 februari 2025
Namens het Comité Herdenking Februaristaking 1941 en het
Gemeentebestuur van Amsterdam heet ik u welkom. Mijn naam is
Jaïr Stranders en ik ben voorzitter van het comité.
Wij verzamelen ons hier ieder jaar op 25 februari in een kring
rondom de Dokwerker ter nagedachtenis aan alle mensen die –
vandaag 84 jaar geleden – de moed hadden om in verzet te komen
tegen de nazi’s en tegen de onrechtmatige behandeling van hun
Joodse stadgenoten. Vele Amsterdammers en de dag erna ook
arbeiders in andere gemeenten, zoals Zaandam, Utrecht en
Hilversum, staakten en kwamen in opstand in navolging van de
initiatiefnemers en organisatoren van de CPN.
De stakers van toen – CPN’ers, arbeiders, kassières, studenten –
hadden in die februarimaand van 1941 de juiste verontwaardiging
en de rechtschapenheid in opstand te komen tegen een fascistisch
en antidemocratisch regime, dat in dit land in de jaren na de staking
pas in volledigheid zijn moorddadige tanden liet zien. Deze
daadkracht moesten velen met gevangenisstraf en sommigen met
hun leven bekopen.
De Februaristaking – zoals deze unieke massale opstand is gaan
heten – was een grootse reactie op de eerste gewelddadige razzia
op bijna 400 weerloze jonge Amsterdamse Joodse mannen het
weekend ervoor, op en rond dit plein. Maar zoals gezegd, de
staking kon alleen niet de daadwerkelijke vervolging van de 140.000
Nederlandse Joden die de jaren daarna plaatsvond voorkomen;
uiteindelijk werd driekwart van hen vermoord. Ook Roma en Sinti,
communisten, mensen uit het verzet en zij die onderduikers in huis
namen werden in de oorlogsjaren vervolgd, vaak gevolgd door
moord.
Het stelselmatig stigmatiseren van mensen in de samenleving om
hun etniciteit, geloof, politieke voorkeur of seksuele geaardheid was
een van de voedingsbodems voor de fascistische ideologie van het
nationaalsocialisme, die in de jaren ’30 in ons buurland Duitsland en
ook in andere Europese landen op kon komen en aan de macht
kwam, met ongekend gruwelijke gevolgen. Deze herdenking is naast
het eren van de stakers van toen daarom ook een aansporing
om waakzaam te blijven voor én strijdbaar te zijn tegen
hedendaagse vormen van antisemitisme, intolerantie, uitsluiting en
discriminatie.
Kijkend naar de ontwikkelingen in de wereld om ons heen – zowel
dichtbij als veraf – zijn deze waakzaamheid en strijdbaarheid meer
dan geboden. Antidemocratische bewegingen komen meer en meer
aan de macht en in tijden van symboolpolitiek, cancelculture en
framing op sociale media, raakt onze open en pluriforme
samenleving, aangewakkerd door de hardste schreeuwers,
verdeeld in extremen. Om zelf niet te verharden kost veel
uithoudingsvermogen, innerlijke kracht én zachtheid. Het vraagt om
het rechten van je rug, zoals de Dokwerker hier in ons midden.
En het vraagt ook om hoop. Om de overtuiging dat het devies
‘Heldhaftig, Vastberaden, Barmhartig’ – na de oorlog door koningin
Wilhelmina om de Februaristaking aan het wapen van Amsterdam
toegevoegd – misschien niet overeenkwam met de realiteit van de
bezettingsjaren, maar wel de wens in zich bergt om – wanneer het
moment daar is – bereid te zijn om je in solidariteit met anderen te
verenigen en in actie te komen tegen onrecht; in je eigen stad, land
of in de wereld.
Het geloof in daadkracht wanneer het erop aankomt gaat zeker ook
de jonge generaties aan, die opgroeien in een tijd vol onzekerheid,
onverdraagzaamheid en wereldwijde spanningen. Daarom besteedt
het comité in verschillende projecten hier aandacht aan: met een
voorstelling over een jonge verzetsvrouw, zojuist gedanst in een
theater hier om de hoek door jonge vrouwen uit Hoorn, met de
online graphic novel ‘De stad moet plat!’, met de film ‘De tram
staakt’, met lessen op Amsterdamse scholen in samenwerking met
de School der Poëzie en de Rode Loper op School. Daarom worden
er hier en daar op het plein door jongeren wat gedichten
voorgedragen en zijn zojuist de zelfgemaakte alternatieve
‘Dokwerkertjes’ uitgedeeld, waarmee straks door u de Dokwerker
wordt omringd.
Ik heb het hier op dit plein al eens eerder met u gedeeld: zo’n 10
jaar geleden sprak ik in de tramremise aan de Lekstraat met oud-trambestuurder,
Februaristaker, CPN’er en voormalig Amsterdamse
wethouder Harry Verheij. Hij vertelde dat hij nooit zo goed snapte
waarom wij hier ieder jaar met ons gezicht gedraaid naar de
Dokwerker staan, alsof we terugkijken in de tijd. Zou het niet beter
zijn, vroeg hij mij, om met de Dokwerker mee te kijken, de toekomst
in, met een rechte rug klaar te staan voor die momenten waarop wij
onze verantwoordelijkheid moeten nemen voor onze samenleving?
Ik wil u daarom allemaal vragen een moment zo te draaien dat we
samen met de Dokwerker kijken naar wat er op ons afkomt.
We moeten elke dag weer pal staan voor de rechtsstaat,
democratie en mensenrechten, in binnen- en buitenland. Deze
zaken mogen niet vanzelfsprekend zijn. Maar in deze strijd mogen
we elkaar niet uit het oog verliezen. We moeten ons ervoor blijven
inspannen de menselijkheid in de ander te herkennen en erkennen.
Daarmee doen we de stakers van toen, vandaag en in de toekomt
het meest recht.
U kunt weer terugdraaien. Dank u wel!
Na mij spreekt journalist en schrijver Sheila Sitalsing. Vervolgens
draagt schrijver en dichter Marjolijn van Heemstra een voor de
gelegenheid geschreven gedicht voor. Tot speelt en zingt de van
oorsprong Syrische muzikant Ahmad Naffory een door hem
geschreven lied .
Om vijf uur wordt het defilé geopend door:
1. Comité Herdenking Februaristaking 1941
2. College van Burgemeester & Wethouders van Amsterdam
3. De vice-voorzitter van de Eerste Kamer en ondervoorzitter van de
Tweede Kamer en
4. De staatssecretaris van het ministerie van VWS
5. De consul van Israël
6. De gedeputeerde van de Commissaris van de Koning van Noord-
Holland
7. Centraal Orgaan Voormalig Verzet en Slachtoffers
8. Stadsdeel Amsterdam Centrum namens alle stadsdelen
9. De sprekers en performersNa de kopgroep opent het defilé door het presidium van de
gemeenteraad Amsterdam
gevolgd door nabestaanden van februaristakers,
Gemeentes uit de Zaanstreek, ‘t Gooi, Kennemerland, Utrecht en
overige gemeentes uit het land
Vakbonden, jongerenorganisaties en maatschappelijke organisaties
en iedereen die wil.
Het woord is nu eerst aan Sheila Sitalsing.