Herdenking Februaristaking 1941

Verslag van de herdenking van 2024

Op zondag 25 februari kwamen we samen ter nagedachtenis aan alle mensen die – 83 jaar geleden – moedig in verzet kwamen tegen de nazi’s en de onrechtmatige behandeling van hun Joodse stadgenoten.

Rondom de Dokwerker kwamen we samen, waren we samen. Nieuwsgierigen, ouders, kinderen, grootouders, zij met de verhalen, zij die de verhalen vertellen, zij die de verhalen willen horen.

Samen eren we de stakers van toen, maar samen blijven we ook waakzaam, waakzaam voor hedendaagse vormen van antisemitisme, intolerantie, uitsluiting en discriminatie, zoals Jaïr Stranders – voorzitter van het comité – in zijn welkomstwoord zegt. ‘Dit jaar is er zowel buiten als binnen ons land veel gaande dat onze gemoederen bezighoudt, zeker ook vandaag. Een jaarlijkse herdenking als deze is dan ook – naast het eren van wie ere toekomt – een moment bij uitstek waarop wij als samenleving een vinger aan de pols van de tijd houden. Hoe is het gesteld met onze democratische rechtsstaat, met onze open en diverse samenleving, met ons eigen handelen? (…) We moeten elke dag weer pal staan voor de rechtsstaat, democratie en mensenrechten, in binnen- en buitenland. Deze zaken mogen niet vanzelfsprekend zijn. Maar in deze strijd mogen we de medemenselijkheid niet uit het oog verliezen. We moeten ons ervoor blijven inspannen de menselijkheid in de ander te herkennen en erkennen. Daarmee doen we de stakers van toen vandaag het meest recht’, aldus Stranders.

Daarom staan wij hier.
Burgemeester Femke Halsema begint haar toespraak met een citaat uit een stakingspamflet, verspreid in de ochtend van dinsdag 25 februari 1941 door leden van de Communistische Partij: ‘De nazi’s hebben […] als beesten in de wijken met veel Joodse bevolking huisgehouden. Honderden Grünen Feldpolizei kwamen zwaarbewapend plotseling de oude binnenstad en andere wijken binnengevallen. Razend, tierend, ranselend en schietend stortten zij zich met hun bewapende overmacht op weerloze mannen, vrouwen en kinderen. Honderden jonge Joden werden met ruw geweld en volkomen willekeurig van de straat in arrestantenwagens gesmakt en weggevoerd naar een onbekend verschrikkingsoord.’ Ze merkt op dat we ieder jaar als we herdenken, we ons weer afvragen hoe het zover heeft kunnen komen. Ze stelt dat het een vergissing is om te denken dat de razzia’s uit het niets kwamen. Het gevaar werd te lang niet herkend. Met deze woorden maakt ze een brug naar de toekomst – naar nu.

‘Meer dan acht decennia na de eerste razzia’s, na de staking, is de rancune aan een nieuwe opmars bezig. Het is die rancune die een dictator ertoe brengt om een vreedzame democratische activist als Aleksei Navalny te martelen en te vermoorden. Om de Russische burgers publiekelijk om zijn dood willen rouwen, op te pakken en vast te zetten. Achter de propaganda over de oorlog tegen Oekraïne schuilt de rancune van Poetin. Achter zijn wereldbeeld dat is vervuld van haat tegen Europa, tegen mensenrechten en de vrijheden die we hier sinds de Tweede Wereldoorlog koesteren, schuilt diepe rancune. En laten wij wel wezen, achter de steun voor Poetin buiten Rusland – ook in ons land – schuilt de rancune. Als rancune wordt aangejaagd door leiders die bereid zijn de principes van de democratische rechtsstaat opzij te zetten en nietsontziend geweld te gebruiken dan noemen we dat – ook vandaag – fascisme.’ Aldus burgemeester Halsema.

Dat geschiedenis dus niet iets is wat vroeger is geweest

Na burgemeester Halsema is het Benjamin Fro die met zijn voordracht, begeleid door soms haast dromerige klanken van een trompet, de toeschouwers betoverd. Met felle uithalen, emotionele statements en een sprankje hoop, roept hij op tot solidariteit en moed.

‘Maar jij bent hier, je beseft het, herdenkt het, je eert het

Probeert ervan te leren, snapt het niet maar bestudeert het

je kijkt terug in de tijd en vind solidariteit

op vijfentwintig februari in 1941

 

Staakt staakt staakt! zo riep het pamflet

Wat leidde tot groots en heldhaftig verzet

Een barmhartige daad in strijd met het kwaad

in strijd met fascisten en hun volkerenhaat

 

Je luistert naar de verhalen probeert eruit te halen

hoe je de moed kan hebben van Rosa Boekdrukker, Frans Lavell of Joop Schijveschuurder

 

Ik weet dat het je zal lukken, hoop dat je om je heen kijkt

En ik zal naast je komen staan zodat je niet alleen blijkt

Ik hoop dat je de moed vindt om te spreken over eenheid

omdat de pen van de geschiedenis nog driftig met ons meeschrijft’

 

Makkelijk is het niet. Makkelijk is het nooit. Maar het moet.

Johan Fretz sluit als laatste spreker af met een vurig betoog waarin hij oproept om de ander te zien en te horen. Echt aansluiting met de ander te zoeken. Hij zegt;Wie sluit er aan? Wie hoort wat de ander zegt, echt horen dus he, niet doen alsof? Wie weerstaat de neiging de woorden van de ander in de meest kwaadaardige manier te interpreteren? Wie sluit er aan? (…) Dan, pas dan kun je harten openen, muren afbreken, en beweging genereren om een breder front te vormen tussen nieuwe manifestaties van grove ontmenselijking en wreedheid’.

Hij herinnert er ons aan dat de ander geen ander is, maar de ander dat zijn wij. De stakers in 1941 wisten dit. Zij stonden op voor hun medemens. En dat is wat we moeten blijven doen. ‘Het harde, moeilijke, taaie werk dat voor ons licht, om een tegenwicht te bieden aan degenen die maar al te openlijk het oude nazisme en fascisme omarmen, is te blijven zien wie – zoals mijn oom. dat noemt – een Mensch is, en proberen die ondanks wezenlijke meningsverschillen, te blijven verstaan, opdat er niet nog meer welwillenden tegenover elkaar komen te staan, die een noodzakelijk front moeten vormen tegen de terugkeer van oude demonen’, aldus Fretz.

Rond vijf uur werd het defilé geopend door het Comité Herdenking Februaristaking 1941,

Daarna volgend het College van Burgemeester & Wethouders van Amsterdam, de voorzitter van de Eerste Kamer en ondervoorzitter van de Tweede Kamer, plaatsvervanger voor de staatssecretaris van het ministerie van VWS, de ambassadeur van Israël, de gedeputeerde van de Commissaris van de Koning van Noord-Holland, het Centraal Orgaan Voormalig Verzet en Slachtoffers, het Stadsdeel Amsterdam Centrum namens alle stadsdelen. Er werd voor het eerst een krans gelegd door de dochter en kleindochter van Simon Groen, begeleid door historica Wally de Lange. Simon was één van de opgepakte Joden bij de razzia.

De bloemstukken werden aangereikt door de jonge dansers van de voorstelling TRIEN die voorafgaand aan de herdenking werd opgevoerd. Onder leiding van theatermaker Nanska van de Laar (De Dansonderneming) verdiepten jongeren zich in de geschiedenis van Hoorn ten tijde van de Tweede Wereldoorlog. Ze maakten een ode aan de bijzondere West-Friese Trien de Haan (1891-1986). Trien streed in de jaren ’30 voor vrouwen- en arbeidersrechten, maar belandde door haar strijdlust in concentratiekamp Ravensbrück. Ook daar bleef Trien vrouwen empoweren. Ze schreef gedichten om de moed en solidariteit levend te houden, tegen de haat en martelingen in. De voorstelling Trien werd in mei 2023 drie keer gespeeld voor een uitverkochte zaal en wordt nu eenmalig hernomen in Amsterdam, speciaal voor deze herdenking.

Het comité is dankbaar voor de grote opkomst, het was een prachtige herdenking die mede dankzij trouwe vrijwilligers goed en krachtig kon plaatsvinden. Beelden van de Dokwerkertjes kun je zien via Stichting De Rode Loper op School, gedichten van leerlingen kun je teruglezen via School der Poëzie. Nog niet uitgekeken en uitgelezen? Ga dan naar www.destadmoetplat.nl en bekijk de geillustreerde vertelling van de Februaristaking uit 1941.

Het affiche van de herdenking

affiche 202 door Hedy Tjin
Affiche 2024 door Hedy Tjin

Uitgelichte sprekers

Foto's van de herdenking

Deel dit via

Contact

       Comité Herdenking Februaristaking 1941

Ridderspoorweg 66

1032 LL Amsterdam

tel: 020 – 5287129

info@februaristaking.nl